We zijn er, we zijn er! Dat wil zeggen in Samoens. In Frankrijk. In café Fabio welteverstaan. De een zit even rustig thee te drinken. De ander pakt zijn tas opnieuw in. En ik? Ik zit uiteraard even snel te schrijven voordat we echt op pad gaan. Het café is gevuld met locals en toeristen die mondkapjes dragen. Het nieuwe normaal in Frankrijk sinds Corona. Ik heb hem niet om. Buiten komt het met bakken uit de hemel. Nick en Arno, de andere berggids, gaan om die reden alvast het tentenkamp zo goed als klaarzetten zodat we dat niet in de stromende regen hoeven te doen.
Wanneer ze terugkomen in het café tilt Arno m’n rugzak op. ,,Sjezus Nick, heb je die tas van haar gevoeld? Die kan zo echt niet mee hoor!’’ Ik voel het bloed naar m’n hoofd stijgen. Nick zie ik woest op me aflopen. Oh shit nou gaan we het krijgen hoor. ,,Wat heb je allemaal bij je?’’ vraagt hij. ,,Gewoon wat er allemaal op je lijstje stond,’’ bijt ik bits terug. ,,Okee pak uit die tas.’’ Met tegenzin doe ik wat hij me vraagt. ,,Zoveel sokken heb je niet nodig en zoveel truien ook niet. Ook minder ondergoed Chan!’’ dirigeert Nick terwijl hij de spullen op de grond ziet liggen. ,,Maar ik ben ongesteld! Ik wil elke dag een schone onderbroek aan hoor!’’ roep ik verschrikt. Ik zie de andere Rewilders om me heen grinniken.
Mascara
Nick graait door al m’n spullen. Ik voel me vreselijk opgelaten in het cafe waar even m’n hele hebben en houden wordt geïnspecteerd. ,,Een toilettas?!?’’ Meen je dit Chan? Wat heb je daar allemaal inzitten?’’ vraagt Nick geïrriteerd. ,,Nou gewoon vrouwenspullen,’’ antwoord ik inmiddels ook op een geïrriteerde toon. Ik weet dat hij me wil helpen, maar ik voel me echt een lulletje rozenwater nu. ,,Alleen je tandenborstel gaat mee, de rest blijft hier.’’ Ik kan m’n oren niet geloven. En m’n mascara dan? ‘’Wat als ik die knappe bergman tegenkomen Nick?’’ Ik zie vanuit m’n ooghoek dat Arno moet lachen om die opmerking. Hij heeft vast allang gezien hoe de vork in de steel zit.
,,Chan, deze tas is echt veelte zwaar. Dit ga je niet redden. En je moet ook nog een tent meenemen he en je eten. Waar ga je dat laten?’’ Ik voel dat m’n hart stopt. M’n eten? M’n tent? Waar heeft tie het over? Nick kan m’n gedachten raden. ,,Ja, dacht je dat Arno en ik 4 tenten op onze rug mee gingen nemen ofzo en eten voor 9 man?’’ Ik kijk hem met grote ogen aan en moet bekennen dat ik daar geen moment over na heb gedacht.
Analoge camera's
Stilletjes begin ik m’n tas opnieuw in te pakken. ,,En wat zit hier dan in vredesnaam in? Een baksteen?’’ Ik kijk verschrikt op wanneer ik Arno een van m’n waterdichte tassen in de lucht zie houden. ,,Daar zitten m’n analoge camera’s in,’’ antwoord ik Arno die op zijn beurt begint te lachen. ,,Sjeetje iedereen zit elke gram af te wegen, neemt lichtgewicht shirts mee en jij zeult gewoon twee zware camera’s mee die berg op.’’ Ik kijk verschrikt naar Nick. Gelukkig valt hij me bij. ,,Ja, die moet ze wel echt meenemen man.’’ Dankbaar met zijn antwoord, ga ik verder met inpakken terwijl ik Arno z’n hoofd zie schudden.
Ineens zie ik Nick verschrikt kijken. ,,Hey, ik zit even op de verpakkingen van het droogvoer te kijken en echt overal zit gluten en melk in.’’ De moed zakt me nu echt in m’n schoenen. ,,Nick als ik dat eet, kom ik echt die berg niet op. Dan lig ik in foetushouding van de kramp op m’n matje.’’ Ik zie Nick op z’n horloge kijken. ,,Okee, je hebt 15 minuten om nu naar de supermarkt te rennen en daar iets te kopen wat je de komende 5 dagen kunt eten. Laat die tas maar even zitten. Arno en ik moeten toch nog even terug naar het tentenkamp, fix jij ondertussen je eten en je tas.’’
Nick wijst me op zijn telefoon de weg naar de dichtstbijzijnde bio supermarkt die over 15 minuten z’n deuren sluit. Ik doe wat me wordt opgedragen, maar eigenlijk wil ik het liefst de weg naar huis weten. Ik was al helemaal op van de zenuwen en dit helpt allemaal niet mee.
De rest van de groep zit lekker aan de koffie en thee en amuseert zich hartelijk. Ik ren ondertussen door de stromende regen naar de supermarkt en pak daar als een malle een pak crackers, een glutenvrij brood en pot pindakaas in. Daar moet ik het 5 dagen lang maar mee doen denk ik. Eerlijk gezegd heb ik geen flauw idee wat ik mee moet nemen. En aangezien de winkel dichtgaat, heb ik ook geen tijd om er langer over na te denken.
Op een drafje ren ik terug naar het café waar ik verder ga met het rangschikken van m’n tas. Arno en Nick zijn inmiddels ook alweer terug. Als Arno m’n brood in het vizier krijgt, schiet hij in de lach. ,,Mag ik die eens voelen?’’ Ik rijk hem het glutenvrije brood aan. ,,Nick, kom eens. Moet je voelen man. Dat brood is loodzwaar!’’ Nick en Arno schieten in de lach. ,,Chan, die kun je ook echt niet meenemen en die pot pindakaas ook niet. Wacht die pindakaas gieten we wel even over in een zakje.’’
Ik ben echt de wanhoop inmiddels nabij en wil het liefst aan de bar gaan zitten huilen met een glas sterke drank binnen handbereik. Maar ik kan geen kant op. Over 10 minuten vertrekken we richting het tentenkamp. Ik moet me vermannen. Vanavond na het eten, zet ik het wel op een zuipen. Dat weet ik nu al! Even al deze stress verzachten met rode wijn..
Je mountain man stond in de klimmuur voor je neus 😉
Tof verhaal chan!